Lianne Postma werd in 1996 coördinator van de ruim 3000 vrijwilligers die samen Gay Games Amsterdam 1998 organiseerden. Paul van Yperen zocht 25 jaar later zijn ex-collega op om haar herinneringen over dat hoogtepunt van de Roze Revolutie op te tekenen. ‘Ik was echt trots op wat we met elkaar hebben neergezet.’
Coverfoto: Portretfoto Lianne Postma door MacSiers Imaging
Misschien wel het meest romantische beeld van Gay Games Amsterdam 1998 is voor mij een tv-opname van het Korenfestival in het Concertgebouw in Amsterdam. De NOS zond op Nederland 1 drie lange registraties uit van het evenement, gepresenteerd door Humberto Tan. In een van die programma’s zoomt de camera in op twee vrouwen die lekker met hun hoofden tegen elkaar naar een optreden luisteren: oud-collega Lianne Postma en haar vriendin Gerda.
Wat deed Gerda tijdens de Gay Games?
Lianne Postma: ‘Zij deed mee aan het Tennistoernooi en met haar koor Cantate Zus en zo uit Utrecht trad zij op in het Concertgebouw, een prachtlocatie. Dat was ook zo bijzonder aan die Gay Games. Je had het gevoel dat vele deuren opengingen en alles kon. De burgemeester en de hele gemeenteraad stonden achter ons. En iedereen wilde er natuurlijk ook wel wat uitslepen, maar dat het Concertgebouw voor ons Korenfestival paraat stond vond ik heel mooi.’
Was dat concert voor jou een hoogtepunt van de Gay Games?
‘Ik heb die week maar heel weinig gezien, maar ik ben wel even naar het optreden van Gerda en naar het Ballroomdansen geweest. Meer heb ik niet kunnen zien. Ik was druk bezig in het crisiscentrum dat was ingericht in de foyer van de Stopera.
‘Eigenlijk was Gay Games een aaneenschakeling van hoogtepunten. Al die vrijwilligers met hun enorme inzet waren mijn hoogtepunten! In het laatste jaar voor de Games hielden we op elke sport- of cultuurlocatie een vrijwilligersborrel en dan hield ik een praatje. Thuis oefende ik om wat zinnigs te zeggen, met als vast item hoeveel vrijwilligers zich op dat moment hadden aangemeld. Op een bepaald moment hadden we de 1000ste vrijwilliger en dat vierden we op de Jaap Edenbaan. Er is nog ergens een foto van haar. Kees Ruyter had voor de gelegenheid een speciaal T-shirt ontworpen. Dat was heel bijzonder.’
Tekst loopt door onder afbeelding
‘Ook een hoogtepunt waren de instructiemiddagen in het chique hoofdkantoor van Randstad, waar alle vrijwilligers bijeenkwamen. Daar gaf ik achter een katheder voor een zaal van 700 een presentatie over do’s en dont’s van het vrijwilliger-zijn tijdens het evenement. Met als slogan: “Vrijwillig, maar niet vrijblijvend”. Mensen mochten vragen stellen en dan ging ik met een microfoon door de zaal. Ik ben opgeleid als theaterdocent en ik was dan in mijn element.
‘Bijzonder was dat we met de werkorganisatie uitgenodigd waren voor een etentje bij de burgemeester. En ook dat ik samen met Ruud (event manager Ruud Oosterhof) naar de Gymnastrada ging om gymnasten te werven die bij de openings- en sluitingsceremonie in de Amsterdam ArenA als matrozen moesten dansen op het nummer It’s Raining Men van The Weather Girls. Ook dat waren vrijwilligers. Maar het evenement zelf is als in een roes voorbij gegaan. Heel raar. Alsof ik het niet met volle teugen heb kunnen ervaren.’
Heb je speciale herinneringen?
‘Een heel bijzondere herinnering heb ik aan de middag bij Erwin Olaf in zijn atelier samen met Gerda. Hij heeft van Gerda in tennisoutfit foto’s gemaakt voor een glossy. Erwin was zo’n vreselijk vriendelijke en belangstellende man! Heel gastvrij. Ik heb die glossy meegenomen want daarmee wil ik graag op de foto.
‘Gerda en ik woonden samen in Utrecht, maar we hadden tijdens de Gay Games zoveel contacten opgedaan dat we naar Amsterdam zijn verhuisd. We zijn getrouwd in 2000. Ger is een paar jaar geleden overleden. Daarom vind ik die glossy waarin ze zo mooi staat te pronken ook zo bijzonder. En op deze manier is ze er toch nog een beetje bij.’
Tekst loopt door onder afbeelding
Hoe zag je leven eruit toen je bij de Gay Games kwam?
‘Ik werkte bij het COC en zat dus al een beetje in het gay circuit. In Utrecht was ik de enige betaalde kracht, ik runde het centrum aan de Oude Gracht. In de ochtenduren deed ik het pandbeheer, ontving ik mensen die de ruimte wilden huren of maakte de nieuwsbrief. ’s Middags gaf ik voorlichting en informatie. Ik was daar ter ondersteuning van de vrijwilligersgroepen. In de avonduren gaf ik theaterles aan kinderen en volwassenen en regisseerde ik toneelstukken.
‘Lydia Zijdel, een goede vriendin van me, had Gay Games in 1994 in New York meegemaakt en tipte me dat er een baan in Amsterdam vrij kwam. Gay Games stond vrij ver van me af, maar zij zei: “Ga het eens proberen.” Ik ben op gesprek gegaan en aangenomen als coördinator vrijwilligers. Dus ik ben in het diepe gesprongen. Wist ik veel waar ik in terecht kwam.’
Dat was in 1996?
‘Ja, twee jaar van tevoren is een hele bups mensen aangenomen voor de werkorganisatie. Er was al een vrijwillige kerngroep bezig. Per sport of cultuuractiviteit waren dat meestal zo’n vijf mensen die al heel ver waren en wisten hoe ze het wilden. Met hen ging ik in gesprek: hoeveel mensen heb je nu nodig en welke vaardigheden moeten ze hebben? Of heb je straks ondersteunende vrijwilligers (handjes) nodig?
‘Daarnaast moesten er mensen op kantoor bij komen, want er was veel administratief werk, zeker voor de voorbereidingen van de accreditatie en het vullen van de registratiedatabase. Daarvoor zochten we mensen die toen gelijk al meer tijd wilden investeren.’
Uiteindelijk werden het ruim 3000 vrijwilligers.
‘Ja, sommige mensen waren er al in de voorbereidende fase, maar het grootste deel kwam er later bij voor hand- en spandiensten tijdens het evenement zelf. We hadden een speciaal wervingsteam opgericht, waarmee we op markten en gay uitgaansplekken folders gingen uitdelen. Voor de openings- en sluitingsceremonie hebben we de suppoosten geworven onder de werknemers van de gemeente Amsterdam. Die waren zo enthousiast, heel leuk.
‘Op kantoor aan de Nieuwezijds Voorburgwal hing een goed sfeertje. Op vrijdag kwam vrijwilliger Emma van Zalinge altijd langs met tompoezen. Om 11 uur riep dan iemand: “Emma is er met de tompoezen” en dan kwam iedereen koffiedrinken. Emma is later een goede vriendin van me geworden. (Zo zie je maar wat een tompoes kan doen…!)
‘Beneden in het souterrain kregen we een speciale werkruimte voor de vrijwilligers. Daar konden ze aan een computer werken of overleggen, want voor de werkorganisatie was het soms belastend als die vrijwilligers overal rondliepen. (Creative director – red.) Kees Ruyter maakte van alles iets bijzonders. Een gewoon foldertje was not done. Alles moest in Gay Gamesstijl! Hij had voor de vrijwilligers ook een speciaal tijdschrift gemaakt, de Inzet, dat met elk nummer groter werd. Zo mooi bedacht. We probeerden met zorg en aandacht de vrijwilligers te ondersteunen, maar vooral ook bij ons betrokken en actief te houden natuurlijk!’
Wat heb je geleerd van Gay Games?
‘Zoveel. Vooral veel lef heb ik erdoor gekregen. Ik moest voor grote groepen praatjes houden en overal op af stappen. Ik ontdekte mijn eigen organisatietalent. Ik schrik nu niet meer zo snel als ik iets moet aanpakken. Bij Gay Games heb ik een stevige bodem gelegd voor de rest van mijn leven. Ik leerde dat ik er mag zijn als lesbische vrouw. Na Gay Games solliciteerde ik bij de NS voor een baan als machinist. Tussen enkel mannen volgde ik de opleiding. Ik vertelde trots dat ik bij Gay Games had gewerkt. Ja, ik was echt trots op wat we met elkaar hebben neergezet.’
Tekst gaat verder onder afbeelding
Kreeg jij ook te maken met de financiële perikelen?
‘Nee, dat is langs me heen gegaan. Ik zat in een ondersteunende rol en niet in het management of het bestuur. Ik weet wel dat het een domper was toen we na afloop het kantoor moesten leeghalen. Tijdens het evenement heeft het management er veel meer van meegekregen, maar ik wist niet wat er precies aan de hand was, er werd een beetje geheimzinnig over gedaan. Ik heb er niet zoveel last van gehad en de deelnemers volgens mij ook niet. Voor hen werd het zo’n mooie ervaring. Ze voelden zich zo welkom in de stad en maakten zoiets moois mee dat dat hele financiële debacle naar de achtergrond verdween.’
Achteraf hebben de vrijwilligers een award gewonnen. Wat was dat voor prijs?
‘De VVV Tourism Award, voor de organisatie die het meest had betekend voor het toerisme in de stad. Dat waren wij en dat was terecht gezien de enorme toestroom van gasten in de stad. (Gay Games Amsterdam 1998 leverde de gemeente 135 miljoen gulden aan extra inkomsten op. – red.) Samen met twee vrijwilligers heb ik de bokaal in De Rode Hoed in ontvangst genomen. Dat was wel een beetje de kroon op het werk. Al die vrijwilligers kregen daarmee een pluim van de gemeente.’
Hoe kijk je 25 jaar later tegen de Gay Games aan?
‘Als een enorm mooie warme herinnering in mijn lesbische rugzak. Het heeft me zo veel gebracht! Ook dat familiegevoel met al die lieve mensen. Tot op heden kom ik nog overal mensen tegen die zeggen: “Wie ben je ook alweer… oh ja, jij bent Lianne Postma. Ik was toen ook vrijwilliger. Wat was het een feestweek!”‘
Tegenwoordig werk je voor Roze Stadsdorp Amsterdam. Wat doe je daarvoor?
‘Nou, eigenlijk ben ik gewoon weer terug bij het COC. Het Roze Stadsdorp vind ik het COC voor de ‘wat ouderen’. Het is ontstaan uit de behoefte om meer naar elkaar om te zien, want de regering doet dat niet meer. We moeten een netwerk creëren waarin we oog hebben voor elkaar en elkaar kunnen ondersteunen. Dat doen we o.a. via leuke activiteiten. Daardoor leer je nieuwe gelijkgestemden kennen en kun je waar nodig op elkaar leunen.
‘Het Roze Stadsdorp heeft allerlei subgroepjes: een zwemclub, een filmclub, een museumclub, een fietsclub etc. Een keer per maand treffen we elkaar tijdens een grote borrel. Ik ben lid geworden toen Gerda was overleden. Emma en haar vrouw Ineke nodigden me uit. Eigenlijk vond ik mezelf veel te jong, maar ik ben toch gegaan. Nu ben ik vrijwilliger voor de filmclub en de borrelcommissie.’
Reactie van Movisie-expert Simon Timmerman:
‘Ruim 3000 vrijwilligers waren nodig om de Gay Games 1998 mogelijk te maken, wat een megaklus heeft Lianne geklaard om dat voor elkaar te krijgen. En wat geweldig dat zoveel mensen zich op vrijwillige basis wilden inzetten voor dit grote lhbti+- sportevenement. Ook vandaag de dag zien we nog een enorme inzet van enthousiaste vrijwilligers bij diverse lhbti+-initiatieven. Grote evenementen als Pride Amsterdam en Roze Zaterdag zijn hiervan afhankelijk.
‘In mijn werk als adviseur binnen het programma Regenboogsteden zie ik dat soms een groot deel van de lokale inzet op lhbti+-thema’s wordt gedraaid door vrijwilligers. En bij de vele COC-afdelingen zijn voor het merendeel vrijwilligers actief en onmisbaar. Er zijn slechts enkele betaalde functies. Dat zoveel mensen zich vrijwillig inzetten is natuurlijk fantastisch en het is ook vaak heel leuk en leerzaam om vrijwilligerswerk te doen. Wel is het belangrijk dat men in de gaten houdt of bepaalde werkzaamheden wel geschikt zijn om vrijwillig in te vullen. Zeker als gaat om initiatieven die hulp en ondersteuning bieden aan lhbti+-personen in kwetsbare posities is het belangrijk dat er ook professionele krachten worden ingeschakeld.’
Reactie van Movisie-expert Hanneke Felten:
‘Wat ik heel mooi vind aan het verhaal van Lianne is dat ze aangeeft dat ze door de Gay Games leerde dat ze er mag zijn als lesbische vrouw. Uit verschillende onderzoeken is naar voren gekomen dat wanneer je in een minderheidspositie verkeert (als lesbische vrouw, als transgender persoon maar ook bijvoorbeeld als persoon van kleur in een witte omgeving) je vaak veel baat kunt hebben aan het contact met mensen die in eenzelfde minderheidspositie verkeren. Dit helpt je om als een persoon in een minderheidspositie een positieve identiteit te ontwikkelen. Om een gevoel van trots zijn op jezelf te ontwikkelen in plaats van de schaamte die je vaak is aangepraat.
‘We zagen het belang van contact met andere lhbti+-personen ook terug in het onderzoek dat we een paar jaar geleden deden onder lhbti+-jongeren die actief waren geweest in GSA’s op scholen. Een GSA (Gender and Sexuality Alliance) op een school is een netwerk van jongeren die zich inzetten voor een lhbti+-vriendelijk klimaat op school. In de GSA ontmoeten ze andere lhbti+-jongeren, maar ook niet-lhbti+’ers die erg accepterend zijn naar lhbti+-jongeren. Een GSA is dan een veilige plek op school waar deze jongeren even helemaal zichzelf kunnen zijn. Jongeren steunen elkaar en hun zelfvertrouwen groeit. Een soort mini-Gay Games maar dan op school. En net als bij de Gay Games zijn bij een GSA ook niet-lhbti+- personen betrokken en dat is belangrijk. Dat zien we ook in onderzoek: als lhbti+‘ers merken dat ze steun krijgen van heteroseksuele personen en dat die hen accepteren zoals ze zijn, is dit enorm goed voor hun welzijn.’
25 ervaringsverhalen over Gay Games Amsterdam 1998
Gay Games Amsterdam 1998 geldt wereldwijd nog steeds een van de grootste lhbti-evenementen ooit met ruim 3.000 vrijwilligers, ca. 15.000 deelnemers, en in totaal zo’n 250.000 bezoekers.
Paul van Yperen, destijds woordvoerder van Gay Games, zoekt zijn oud-collega’s, deelnemers en bezoekers op om hun verhalen over die mijlpaal vast te leggen en vraagt steeds aan twee jonge Movisie-experts, Hanneke Felten en Simon Timmerman, wat we nu van hun ervaringen kunnen leren. Bij elk verhaal vind je foto’s van toen van Marian Bakker en van nu van MacSiers Imaging.
Het verhaal van Lianne verscheen eerder op 24 november 2022 op Movisie.nl
Erg leuk om te lezen Lianne, dankjewel!