‘In die week hebben we laten zien wat iedereen in de wereld eigenlijk verlangt, namelijk een wereld waar mensen lief voor elkaar zijn, waarin je met elkaar verbonden en waarin iedereen mee kan doen.’ In het laatste ervaringsverhaal over Gay Games Amsterdam 1998 blikt Paul van Yperen terug met Niek van der Spek, destijds operationeel directeur.
Coverfoto: Niek van der Spek Foto: MacSiers Imaging
Hoe was het om vier jaar later bij de Gay Games in Sydney te zijn?
Niek van der Spek: ‘Pas in Sydney voelde ik de erkenning voor wat we hadden gedaan. Ik kreeg van zoveel mensen, uit alle windstreken, te horen wat Gay Games Amsterdam 1998 betekend had voor hen. In de ervaringsverhalen lees je terug dat we als organisatoren zelf in die week amper tijd hadden om de stad in te gaan. Ons eigen evenement hebben we vooral vanachter de schermen meegemaakt.
Natuurlijk vertelden mensen om ons heen later hoe bijzonder het was geweest, maar de overdonderende omvang kon ik eigenlijk pas in Sydney voelen. Ook het al eerder opgemerkte contrast van Amsterdam met Sydney voelde je. In die tijd was Amsterdam de ideale stad voor de Gay Games, qua schaal maar ook qua sociaal-cultureel klimaat. Door de compactheid en de lay-out van de stad was het een prachtig decor, maar de mate waarin de samenleving het evenement ondersteunde bepaalde ook het succes.
In Sydney was het evenement helemaal over die grote stad verspreid. Je zag en herkende er niemand. De kracht van Gay Games Amsterdam 1998 was dat iedereen ervaarde met hoeveel lhbti+’ers we waren: hoe divers en veelkleurig we waren, uit hoeveel landen we kwamen en op hoeveel verschillende niveaus we sportten.’
Wat verleidde je om in 1996 operationeel directeur van Gay Games Amsterdam 1998 te worden?
Lachend: ‘Jaren daarvoor was ik al verleid door de Gay Games. Ik kende al wat vrijwilligers en door al hun verhalen was ik al betoverd. Op een bepaald moment werd ik benaderd door de vertrekkende office manager, Louise Smits, die een opvolger zocht. Ik was toen manager bij Randstad en kende Louise privé. Ik dacht: geweldig, ik mag bij de Gay Games, top! Maar ja, als er een functie is waar ik niet gelukkig van word dan is het office manager. Ik heb wel gesprekken gevoerd over die functie, maar heb me teruggetrokken. Daardoor had ik wat bestuursleden gesproken en op een dag belde een van hen me op of ik nog eens kon komen praten.
‘De organisatie had een tweede directeur nodig en zocht voor die positie een vrouw, en ze dachten aan mij op basis van die eerdere sollicitatie. Na dat gesprek stond ik buiten en heb zevenmijlsprongen naar huis gemaakt. Ik vond dit zo’n gouden kans! Als ik daaraan terugdenk: ik had nog nooit een Gay Games meegemaakt, tenniste net twee jaar en had ook nog nooit zelf een tenniswedstrijd gespeeld of een tennistoernooi georganiseerd – laat staan een evenement van deze omvang. Ik had natuurlijk wel de nodige ervaring met leiding geven en projectmanagement, maar achteraf ben ik wel verbaasd dat ik zo het diepe in ben gesprongen, zonder al te veel watervrees.’
Wat trof je aan?
‘Een soort bijenkorf. Eigenlijk een bijenkorfje als je ziet hoe het uiteindelijk is uitgegroeid, want we waren toen nog maar met weinig mensen. Op dat moment waren er 150 vrijwilligers in het land actief, veel sporters, maar er waren ook mensen met communicatie en fondsenwerving bezig. Op kantoor waren we met slechts 12 betaalde mensen. Dat was een heel kleine familie die allemaal even bevlogen en betrokken waren.’
Bestond de hele club uit pioniers?
‘Een klein aantal van ons was bij de Gay Games in Vancouver (1990) of New York (1994) geweest, maar de meesten niet. Bijna niemand had er een beeld bij. Het evenement was in Europa nog totaal onbekend. De hele lhbti+-sportwereld stond nog niet op de kaart. Iedereen sportte bij reguliere clubs, al dan niet uit de kast. Homomannen en lesbische vrouwen hadden ook eigen werelden. Vrouwen hadden de lesbisch-feministische beweging en homomannen hadden hun eigen circuits. Ook in het uitgaansleven waren we grotendeels gescheiden.’
Hoe ging die samenwerking?
‘Dat was relatief nieuw voor veel mensen uit de community en zelf vond ik dat ook heel leuk. Het ging gewoon goed omdat we allemaal heel bevlogen waren en overtuigd van het belang van die Gay Games. En dat het evenement voor mannen én vrouwen was daar waren ook de mannen 100 procent van overtuigd.
‘Iemand zegt in een van de ervaringsverhalen dat de sfeer op het kantoor zo goed was en dat klopt, maar we vochten elkaar ook af en toe de tent uit. In het bedrijfsleven was ik gewend aan hoge professionele standaarden maar ook aan een scheiding tussen werk en privé. Wat ik zo bijzonder aan Gay Games vond was dat naarmate de organisatie groter werd en de druk toenam, iedereen ook zijn eigen persoonlijke geschiedenis als lhbti+’er naar het werk meenam: ervaringen met uitsluiting, discriminatie en pesten.
‘Ik kreeg wel eens het idee dat het evenement veel van die persoonlijke pijn moest gaan goedmaken. Daar hadden we het niet over, maar de ongelooflijke motivatie, betrokkenheid en passie die velen op de been bracht hadden soms ook een keerzijde. Dan ontaardde het in fanatisme of boosheid. Ik heb sindsdien veel voor ideële organisaties gewerkt en daarbij zie ik hetzelfde. Als mensen zich identificeren met hun baan en met het doel waaraan ze werken is het soms lastig om professionele afstand te bewaren. Dan wordt alles persoonlijk, ook het werk.’
Wat betekende sport voor jou?
‘Ik had andere sporten gedaan toen ik in 1994 met tennis begon. Al snel sloot ik me aan bij Smashing Pink. Dat was een van de vele sportclubs die in de aanloop naar de Gay Games zijn opgericht. Die omvangrijke lhbti+-sportinfrastructuur is een prachtige erfenis van Gay Games Amsterdam 1998. Mariët Sieffers heeft de foto’s bij dit artikel gemaakt tijdens het jaarlijkse internationale Pinkstertoernooi van Smashing Pink.’
Tekst loopt door onder afbeelding
‘Met 330 deelnemers uit de hele wereld creëren we dan opnieuw de vrolijke sfeer van vriendschap en verbinding door middel van sport. Ook andere lhbti+-sportclubs in Nederland organiseren internationale toernooien. Die sporttoernooien bieden nog altijd veel inspiratie en erkenning voor onze community. Er ontstaan vriendschappen en voor deelnemers uit landen waar lhbti+-rechten niet of nauwelijks erkend zijn, zijn deze toernooien echt een hart onder riem. Die functie moeten we 25 jaar na de Gay Games niet onderschatten, helaas.
‘Pride and Sports is de koepelorganisatie van al die sportclubs in Nederland en alleen al in Amsterdam kun je met lhbti+’ers rugbyen, rennen, zwemmen in allerlei smaken, volleyen, basketballen, squashen, stijldansen en nog veel meer. Tijdens de Amsterdam Pride hebben veel sportclubs een open evenement waaraan je kunt meedoen ook als je geen lid van zo’n club bent. Een beetje in de geest van de Gay Games.’
Welke uitdagingen waren er toen je bij de Gay Games aan de slag ging?
‘Het sport- en cultuurprogramma stond goed in de steigers, maar er moesten allerhande ondersteunende voorzieningen geregeld worden. Ik overlegde bijvoorbeeld met de GVB over hoe al die deelnemers in de stad vervoerd moesten worden. Hoe kregen we bij de Opening– en Sluitingsceremonie 15.000 mensen zonder auto naar en van de Amsterdam Arena? Extra metro’s waren nodig, die langer dan de normale dienstregeling moesten rijden.
‘Ook overleg met de politie over risico’s op bedreiging met name uit fundamentalistische en conservatieve kringen. Die waren niet blij met ons en wilden dat laten blijken. Daar hadden we intensief overleg over. De politie leverde goed werk en hield ons op de hoogte. Het Rode Kruis werd onze partner op het gebied van veiligheid en EHBO op alle locaties. Die organisaties kunnen heel goed op grote schaal denken, maar wij waren natuurlijk wel een apart soort evenement. We hadden veel meer buitenlanders dan een gemiddeld evenement en voor onze doelgroep moest het op alle punten veilig en inclusief zijn.
‘Ik vond het mooi maar af en toe ook lastig om recht te doen aan het feit dat het evenement toegankelijk was voor iedereen, dus ook voor mensen met beperkingen. Lydia Zijdel heeft daar fantastisch werk in verricht, dus er waren doventolken op alle belangrijke momenten en heel veel locaties waren rolstoeltoegankelijk. Van Lydia heb ik veel geleerd over inclusiviteit en diversiteit, al waren we 25 jaar geleden nog niet zo met die termen bezig. Natuurlijk was het zeker niet op alle fronten perfect, maar het zat heel erg in onze genen om inclusiviteit na te streven, bijvoorbeeld ook voor trans sporters, wat toen nog een heel onontgonnen terrein was.
‘Mijn belangrijkste opdracht was toch wel de gendergelijkheid. Dat was het eerste waar ik mee aan de gang ging, want ik werd ook het vrouwelijke boegbeeld van de Gay Games Amsterdam. Bij de termen ‘homobeweging’ en homoseksualiteit denken nog altijd veel mensen in eerste instantie aan mannen. Lesbische vrouwen waren – en zijn – vaak onzichtbaar. Wij wilden nadrukkelijk benoemen en laten zien dat er ook vrouwen zijn die van vrouwen houden. Zoals zoveel minderheden hun hand opsteken om nadrukkelijk aanwezig te mogen zijn, mee te mogen doen, moeten we dat helaas tot vandaag de dag als lesbische vrouwen nog steeds doen en toen dus ook. We wilden in alle opzichten laten zien dat het een homo-lesbisch evenement was. Onze stichting heette formeel Gay and Lesbian Games, omdat ‘gay’ toch vooral voor mannen stond. Met dank aan Marjo Meijer die dat samen met anderen van het begin af aan stevig heeft aangezet.’
Tekst loopt door onder afbeelding
Vrouwen hadden ook het nadeel dat ze vaak ‘minder in de slappe was’ zaten.
‘En zitten. In alle economische statistieken wereldwijd zie je dat vrouwen nog steeds minder betaald krijgen dan mannen voor hetzelfde werk. Als je vrouwen uit de hele wereld wilt aanmoedigen om naar dit evenement in Amsterdam te komen, moet je een goed verhaal hebben. Dat deden we door in alle publicaties en foto’s steeds verhalen en beelden van vrouwen mee te nemen. Ik heb zelf heel veel presentaties gegeven samen met Marc Janssens. Zo lieten we steeds zien dat vrouwen vanzelfsprekend onderdeel waren van deze eerste Europese Gay Games.
‘Verder was er in de programmering, zowel bij de sporten, in het cultuurprogramma, in de programmering op de pleinen in de stad als qua feesten veel en gevarieerd aanbod voor vrouwen. Op de herinneringssite vond ik het verhaal van horecaondernemer Mieke Martelhoff erg leuk. Zij vertelt dat er in de stad meerdere vrouwenfeesten plaatsvonden, ook buiten de Gay Games om. Kom daar vandaag de dag nog eens om!
‘We hebben dus in de programmering ervoor gezorgd dat het op allerlei manieren leuk zou worden voor vrouwen. Dat heeft zich in het aantal deelnemers terugvertaald (43% van de deelnemers was vrouw – red.). Dat was ongekend.’
Tekst loopt door onder afbeelding
Hoe was het om met drie duizend vrijwilligers te werken?
‘Tijdens de week zelf waren er 3000 vrijwilligers op de been. Het voorbereidende werk is jarenlang gedaan door een harde kern van 500 tot 600 vrijwilligers. Zij hebben naast hun betaalde baan en privéleven in hun vrije tijd ervoor gezorgd dat al die sporttoernooien en culturele programma’s goed verliepen, zij zorgden voor de fondsenwerving en toeterden over de hele wereld dat dit evenement eraan kwam en dat het geweldig zou worden. Terugkijkend vind ik het nog altijd een onvoorstelbare prestatie dat die relatief kleine groep mensen zo’n mega-evenement heeft neergezet. Ook voor die vrijwilligers bleek het vaak heel bijzonder om eraan meegedaan te hebben. Laatst sprak ik een heteroseksuele fysio die in een sporthal atleten had behandeld en ook hij vertelde lachend hoe geweldig dat was geweest.’
Door de financiële omstandigheden moesten we vaak wel onder moeilijke omstandigheden werken.
‘Je begon het gesprek over Sydney. Dat was zo bevrijdend want in Amsterdam had ik – net als veel anderen – met een enorme steen in mijn maag gewerkt. Die donderdagavond waarop de financiële problemen aan het licht kwamen, vergeet ik nooit. De leden van het managementteam werden na de werkdag gevraagd om op kantoor te blijven. Het bestuur was er toen al en we werden die avond geïnformeerd dat (managing director) Marc (Janssens) niet meer in zijn functie was en dat er grote financiële problemen waren. Dat wisten we die laatste dagen al want er was geen geld meer in kas en de stad moest opgebouwd en aangekleed worden. Leveranciers van spullen wilden uitbetaald worden en dat kon ineens niet.
‘Wij zaten hem enorm te knijpen. Een voorbeeld. We hadden een prachtige afspraak met de Stopera waar de accreditatie zou plaatsvinden en waar 15.000 deelnemers in 2 à 3 dagen tijd hun accreditatiepas kwamen ophalen. We hadden helemaal uitgelijnd hoe dat qua balies en routing in dat gebouw plaats moest vinden. We moesten ook onze kantoren daarnaartoe verhuizen. In de afspraken met De Stopera stond dat zij een bepaald bedrag vooraf zouden krijgen. Maar dat geld was er niet en dus gingen de deuren niet open. Het hoofd van de accreditatie, ook zo’n topvrijwilliger, kwam op een bepaald moment in totale paniek bijna krijsend voor mijn bureau staan. En zo waren er vele voorbeelden. Ik krijg bijna weer maagpijn als ik eraan denk.
‘Het verhaal van Arthur van Schendel en Peter Tordoir vond ik zelf een van de ontroerendste ervaringsverhalen, want dat verhaal achter de schermen kennen weinig mensen. Zelf zat ik natuurlijk ook achter de schermen, maar achter ons stonden de bestuursleden. Die waren zo hard aan het werk. Ik wist dat maar had toen geen tijd om me daarin te verdiepen. Toen de week met deze donderwolk bonen ons hoofd begon, bleek dat we ijzersterk waren voorbereid op alle fronten.
‘De sporten onder regie van Jip van Leeuwen liepen fantastisch. Het hele cultuurprogramma onder leiding van Margaretha Louwers was prachtig. Al die vlaggen, wimpels, parasols T-shirts, die Kees Ruyter had vormgegeven. De zakdoeken op de stoelen in de Arena, de dagkrant, alles was zo goed voorbereid. Zijn logo voor de Gay Games is een briljante actie geweest. Dat vertelde het hele verhaal van zichtbaarheid en vriendschap in Amsterdam. Nog steeds zie ik af toe zo’n banier of een parasol met het logo hebben en dan draait weer die film in ons hoofd.
‘Mijn taak in die week was dat alles zo goed mogelijk doorliep, naast het overnemen van allerlei publieke taken van Marc Janssens. Ik heb op allerlei podia gestaan, presentaties gegeven en heb live-uitzendingen van NOS Sport met Humberto Tan gedaan. Maar de bestuursleden hebben echt achter de schermen wonderen verricht want het evenement heeft aan een zijden draadje gehangen. En heel bijzonder blijft de rol van wethouder Harry Groen. Die heeft veel voor dit evenement en de stad gedaan.’
Veel mensen noemen het de week van hun leven.
‘In haar ervaringsverhaal zegt Ineke Kraus dat het eigenlijk raar is dat dat voor mensen van onze leeftijd nog steeds zo is. Mijn reactie daarop is dat wij in die week en in de aanloop daarnaartoe hebben laten zien wat iedereen in de wereld eigenlijk verlangt. Namelijk een wereld waar mensen lief voor elkaar zijn, waarin je je met elkaar verbonden voelt en waarin iedereen mee kan doen. Dat lieten wij zien. Dat is waar de Gay Games over ging, over gaat en zou moeten gaan. Dat is hoe inclusiviteit er uit kan zien, dat maakt mensen blij, en daar wordt de wereld mooier van. Amsterdamse gezinnen gingen daar destijds in mee, ook al hadden ze vooraf helemaal niet van die Gay Games gehoord. Buitenlandse bezoekers vonden dat vaak heel ontroerend.
‘Achteraf rapporteerde de politie dat de criminaliteitscijfers tijdens de Gay Games lager waren geweest dan in andere weken! Die vibe van de Gay Games was aanstekelijk. Dat was in die week zelf tastbaar, voelbaar, toen kon je er bijna letterlijk niet omheen.
‘Terugkijkend denk ik dat dat evenement toen hier gewoon moest komen. Wat John Avis meemaakte in Vancouver en hardop is gaan uitspreken heeft jarenlang als een magneet gewerkt op allerlei andere mensen, inclusief mijzelf. Ook mensen die helemaal niet sportten werden erdoor meegenomen. Door de boodschap die Kees Ruyter zo mooi kon vertellen en die daarna iedereen op haar of zijn eigen manier is gaan vertellen. Die boodschap, die droom van vriendschap en inclusiviteit heeft ervoor gezorgd dat die week zoveel betekenis heeft gehad.’
Tekst loopt door onder afbeelding
Reactie van Movisie-expert René Broekroelofs:
‘De reflectie die Niek geeft op de wat Gay Games Amsterdam 1998 heeft gedaan voor de verschillende mensen is mooi om te lezen. Het laat goed zien hoe de verschillende groepen binnen de gemeenschap iets gemeenschappelijks hebben gevonden in de Gay Games. Dit maakt de gemeenschap ook weer sterker toe naar buiten. Dat er zo is ingezet op gender gelijkheid, juist door vrouwen binnen de lhbti+-gemeenschap meer gezicht te geven vind ik erg sterk. Om hiermee het stereotype beeld van de homoman in de homobeweging te veranderen.
‘Sowieso de combinatie van homomannen en sport is een mooi tegenovergesteld stereotype. In de wetenschappelijke literatuur wordt dit fenomeen ook beschreven. Tegenovergestelde stereotypen kunnen stereotypen doorbreken. Zo wel de meer bewuste als onbewuste stereotypen. Dit komt doordat stereotypen veelal cognitieve processen zijn. Je moet ze zien als dat er een overtrokken en uitvergroot beeld gekoppeld is aan een bepaalde groep mensen. Het zijn een soort van associatiepaadjes in ons hoofd. Juist door tegenovergestelde stereotypen te tonen, gaat ons brein van de gebaande paden en vervallen we minder snel in het denken van stereotypen.
‘Wat ook helpt is door de diversiteit van een groep te laten zien. Ook iets wat gedaan is met de gay games. Ook 25 jaar later kunnen hiermee nog aan de slag. Want de veiligheid en inclusiviteit die beschreven wordt, geldt helaas nog niet voor de gehele samenleving.’
Reactie van Movisie-expert Niels van Kleef:
‘Wat een mooi verhaal om de reeks artikelen over de Gay Games mee af te sluiten. Voor een laatste artikel is het dan ook passend dat Niek ook bespreekt wat er ná de Gay Games kwam. Lhbti+- sportevenementen en -verenigingen – deels een erfenis van de Gay Games – vormen nog altijd een veilige plek voor lhbti+- personen en ook bij reguliere verenigingen voelt het merendeel van de lhbti+-sporters zich thuis. Tegelijkertijd is er nog steeds werk aan te winkel om ervoor te zorgen dat iedere lhbti+-sporter diens favoriete sport in een veilige omgeving en bovenal ook met veel plezier kan beoefenen.
‘En om terug te komen op de inzet van Niek op het gebied van gendergelijkheid: dat niet alleen mannen en vrouwen, maar sporters van álle genders volwaardig mee kunnen doen aan het beoefenen van hun sport. 25 jaar na de Gay Games behoeft de inclusie van lhbti+-personen in de sportwereld dus nog altijd aandacht. Daarom komt Movisie in oktober met een nieuwe handreiking over dit onderwerp. Wordt vervolgd dus!’
Hanneke Felten is vanwege vakantie afwezig en René Broekroelofs vervangt haar
25 ervaringsverhalen over Gay Games Amsterdam 1998
Gay Games Amsterdam 1998 geldt wereldwijd nog steeds een van de grootste lhbti-evenementen ooit met ruim 3.000 vrijwilligers, ca. 15.000 deelnemers, en in totaal zo’n 250.000 bezoekers.
Paul van Yperen, destijds woordvoerder van Gay Games, zoekt zijn oud-collega’s, deelnemers en bezoekers op om hun verhalen over die mijlpaal vast te leggen en vraagt steeds aan twee jonge Movisie-experts, Hanneke Felten en Niels van Kleef, wat we nu van hun ervaringen kunnen leren. Bij elk verhaal vind je foto’s van toen van Marian Bakker en van nu van MacSiers Imaging.
Het verhaal van Niek verscheen eerder op 1 augustus op Movisie.nl